De vorige weken zijn zowel voor Nele als mezelf ongelooflijk druk, chaotisch, interessant en legendarisch geweest.
Nele moest een deel van de verschillende M&E processen (data collectie, invoer en analyse) in een niet te onderschatten tempo en met duizend engelengeduld organiseren en coordineren. Data verzamelen over de meest uiteenlopende onderwerpen: het aantal getrainde boeren, waterpunten op alle hoogtes en laagtes van het district, sterftes en geboortes, het aantal koeien, geiten, varkens en visvijvers, het aantal leerkrachten met HIV/AIDS, het aantal uitgevaardigde verorderingen
door lokale raden, de omtrek en grootte van moerassen, het aantal computers, het aantal niet-oegandezen in scholen, enzovoort,… hoe gedetailleerder hoe moeilijker, hoe gekker, hoe beter! De data moest hierna ingevoerd worden door zagende en klagende (over wat? Over geld en eten natuurlijk), 200% apathische en kerkmuziekliefhebbende secretaresses en twee noest werkende gevarieerde muziekliefhebbende vrijwilligers. Mijn vingers denken nog altijd pijnlijk terug aan die dagen. De week hierna werd er een training in eenvoudige data analyse georganiseerd waar geen kat op afgekomen is. Grrrr! Nele had al haar logistieke kunde en een zalige consultant (en ganse familie, kleine pagadder incluis) boven getoverd om alles picobello in orde te krijgen, maar de appreciatie voor M&E ligt in dit district heel ver onder het vriespunt, dus is het een beetje op een sisser uitgedraaid. Nele heeft dan maar besloten zich volledig op haar M&E strategie en rapport (en chocoladetaart) te gooien om al haar werk hier in Bundibugyo binnen drie weken mooi te kunnen afronden. We konden hen allemaal wel efkes vervloeken, verkreuken en in een potje straffe Tierenteyn mosterd draaien, maar hebben ons nog ing
ehouden. Het is geen schoon afscheid, en Nele heeft het zo hard geprobeerd, maar de boel heeft niet willen pakken en is alleen maar beginnen schiften. Er zitten helaas te veel zwakke schakels in het ganse systeem opdat alles deftig zou kunnen worden vooruit getrokken.
Ikzelf heb in de voorbije weken alle uithoeken van het district mogen verkennen tijdens een monitoring van BTC projecten. Eerst en vooral was er de, zowaar soepel lopende doch hectische organisatie (ik mocht dan ook met CSOs werken en minder met district mensen, hip hoi), en daarna ben ik ieder sub county team gaan vergezellen tijdens hun eerste dag monitoring. Ik ben in de lugubere dorpen van Rwangara beland, heb gigantische uitzichten over Kongo kunnen bewonderen, ben tussen de bananenbomen, cacaostruiken, suikerrietplanten en koeienstron
ten mogen wroeten, heb aan de oevers van Lake Albert gestaan, heb onze blitse brommer mogen inrijden op alle kleine en grote wegen van Bundibugyo en ben zowaar achterna gezeten geweest door een baviaan :-) Ik heb vrouwen- en boerengroepen ondervraagd, watertappen en boorputten uitgetest, bronnen diep in de bergen gaan uitchecken, scholen afgelopen, een vee-pers met dichtgeknepen neus doorgelopen, fruitbomen opgemeten, enzovoort, hoe gekker hoe beter, maar megainteressant! Op die manier zie je een serieus staaltje van de meer dan 150 kleine projecten die BTC hier heeft, zie je of ze effectief zijn, of ze überhaupt nog bestaan, functioneren en onderhouden worden. Het is soms vrij ontgoocheld en frustrerend om te zien dat (dure) projecten helemaal niet
functioneren of zelfs nooit zijn geïmplementeerd, maar op andere momenten kom je dan weer heel geslaagde projecten tegen. Deze oefening wordt vanaf nu viermaal per jaar georganiseerd, en beloofd dus nog zeer interessant en leerijk te worden. Op naar de volgende ronde!
In vergelijking met onze ongekende activiteit is het op het district een en al passiviteit. Het is
hier veelal stil, heel stil, maandag zelfs griezelig stil. Het politieke hoofd en administratief hoofd van het district zijn namelijk niet de beste vriendjes en dat was deze week weer es vrij duidelijk. Het politiek hoofd, onze buurman ‘de neus’, heeft het administratief hoofd beschuldigt van corruptie van meer dan 2 biljoen ugandese shilling (zo’n 800.000 euro). Er waren geruchten dat zijn aanhangers wel es het district zouden binnenstormen om district mensen lastig te vallen en materiaal kapot te slaan. Bijna iedereen had zijn kantoor dus gesloten (niet abnormaal hier) en de politie stond aan iedere poort op wacht (behalve tijdens hun lunch en de regen, hilarisch!). Het
was de ganse dag akelig spannend, maar er is niks gebeurd. Een dezer dagen komt een minister op bezoek om de twee kwajongens weer es tot orde te roepen, dus het verhaal belooft weer een serieuze krulstaart te krijgen. Nice! Maakt de passiviteit hier een beetje plezanter!