Para-noah
Ik had het jullie enkele weken geleden beloofd, nu heb ik eindelijk es wat tijd om het relaas te doen van mijn eerste uitbarsting van frustratie met een van onze Ugandese collega’s.
Noah Masereka is een van de enigste personen in mijn leven geworden die mij heeft kwaad gekregen, en iedereen die mij een beetje kent weet dat mij kwaad krijgen een zeldzaamheid der zeldzaamheden is. Noah is district community development officer en dus dé persoon waar ik in mijn werk rond kinderbescherming het vaakst mee moet samenwerken. We proberen samen het programma te implementeren, tot een goed einde te brengen en waar nodig fouten te corrigeren en problemen op te lossen. Het is een nieuw programma, dus problemen zullen altijd onverwacht opduiken. Je probeert er gewoon zo goed mogelijk op te anticiperen of ze zo snel mogelijk reactief op te lossen.
Noah is iemand met goede bedoelingen maar zijn departement is niet het meest sexy en populaire departement in dit district en goede bedoeling zonder actie zijn zo effectief als bloemen kweken in uw kelder. Onze taak bestaat erin deze mensen te adviseren, te assisteren waar mogelijk en hen te motiveren om hun werk zo goed als mogelijk te doen. Geen eenvoudige taak dat weten we al, zeker als ze uw advies in de wind slaan, u vragen om hun taken helemaal over te nemen of om secretaresse te spelen, en overal okay en yes op zeggen zelfs als ze geen knijt verstaan van wat ge probeert uit te leggen. Maar klagen doen we daar niet over. We weten al lang dat we in zo’n context moeten werken en zullen blijven moeten werken als we in deze sector willen blijven (onze Vincent coacht ons goed zen!). Maar als ze dit liedje constant herhalen, en stukken van het programma dan mislukken ondanks al je waarschuwingen, dan beginnen je oren wel es te stomen. Dit gebeurde met Noah dus!
Ondanks alle (genegeerde) advies en waarschuwingen, is onze monitoring serieus op een fiasco uitgelopen. Vincent was daarenboven ook mee en ik had tegenover hem altijd een positief beeld opgehangen over dit programma. Ik was ondertussen al half fier geworden op onze ‘ploeg’ in community based services. Toen we aankwamen bleek er echter niks coherents gecommuniceerd te zijn. Iedereen was op een andere manier geïnformeerd, niemand had de moeite gedaan om meer uitleg te komen vragen, er was geen coördinatie, Noah stak de fout constant op mij, Vincent werd dan nog es half kwaad, ik beschaamd, het vervolg van het programma werd meteen geschorst (onterecht volgens mij, meer een paniekreactie dan een doordachte beslissing), enz. het was me wat. De dag erna zouden we weer op monitoring gaan, dus probeerde ik te redden wat te redden viel en Noah aan te sporen om te zorgen dat alles in orde kwam voor de volgende dag, maar Noah weigerde iets te ondernemen omdat hij ‘niet genoeg tijd meer had’ om alles deftig in orde te brengen. ‘niet genoeg tijd’ betekent hier een dag. Toen begon de stoom pas echt uit mijn oren en zelfs mijn neusgaten te blazen en plots kwam het er allemaal uit. Ik heb hem gezegd dat ie niet achter dit programma stond, dat ie alleen geïnteresseerd is in geld en lunch, dat ik het administratief hoofd van het district ging schrijven om hem van dit programma te halen, dat ie het waagt mij overal de schuld van geven zelfs als ie mijn advies systematisch negeert, dat ik zelfs fier was op hen, maar die dag echt in schaamte was gevallen, dat Vincent nu waarschijnlijk denkt dat ik lieg over alles, enz. Ik verschoot van mezelf, en ben er nog de ganse avond over bezig geweest (nogmaals excuses Pieter). Mijn frustratie kon niet op. Ik heb alles die dag nog proberen te bespreken met het hoofd van zijn departement. Ik ben, geloof ik, twee uur bezig geweest, tot half zeven, om alles te expliceren.
De dag erna heb ik alles met Vincent besproken, die het helemaal verstond en me aanraadde mezelf te gaan ‘excuseren’. Ik heb dat dan ook maar half gedaan. Maar alles was zeker niet voor niets geweest. Bleek dat ie door dit voorval veel gemotiveerder is gaan werken en meer en meer doet voor het programma. Tot op vandaag is ie relatief goed bezig (echt goed werken hier in Bundibugyo district zou teveel opvallen, dat durven weinigen) en ik hoop dat het enigszins zo blijft. Een collectieve fingers crossed dus!
We zijn alledrie heel rustige mensen, die zich zo goed als nooit kwaad maken. We zijn ons goed bewust van de context en de omgeving waarin we werken en passen ons daar zoveel mogelijk aan aan. Maar frustreren doen we ons soms wel, en die frustraties zijn al vaak onderwerp geweest van onze tafelgesprekken. Die was en is nog altijd onze ‘zetel bij de psycholoog’. Maar die dag was het voor mij een beetje teveel geworden. Toen hadden ze me een beetje te ver gedreven, zelfs mij inderdaad. Achteraf bekeken was het waarschijnlijk es nodig, en we hebben er toch iets mee bereikt. Er is een realistischer kans dat het nog wel es zal gebeuren, bij mij of bij Nele, maar het is deel van de ervaring denk ik dan.
Ai caramba!
Noah Masereka is een van de enigste personen in mijn leven geworden die mij heeft kwaad gekregen, en iedereen die mij een beetje kent weet dat mij kwaad krijgen een zeldzaamheid der zeldzaamheden is. Noah is district community development officer en dus dé persoon waar ik in mijn werk rond kinderbescherming het vaakst mee moet samenwerken. We proberen samen het programma te implementeren, tot een goed einde te brengen en waar nodig fouten te corrigeren en problemen op te lossen. Het is een nieuw programma, dus problemen zullen altijd onverwacht opduiken. Je probeert er gewoon zo goed mogelijk op te anticiperen of ze zo snel mogelijk reactief op te lossen.
Noah is iemand met goede bedoelingen maar zijn departement is niet het meest sexy en populaire departement in dit district en goede bedoeling zonder actie zijn zo effectief als bloemen kweken in uw kelder. Onze taak bestaat erin deze mensen te adviseren, te assisteren waar mogelijk en hen te motiveren om hun werk zo goed als mogelijk te doen. Geen eenvoudige taak dat weten we al, zeker als ze uw advies in de wind slaan, u vragen om hun taken helemaal over te nemen of om secretaresse te spelen, en overal okay en yes op zeggen zelfs als ze geen knijt verstaan van wat ge probeert uit te leggen. Maar klagen doen we daar niet over. We weten al lang dat we in zo’n context moeten werken en zullen blijven moeten werken als we in deze sector willen blijven (onze Vincent coacht ons goed zen!). Maar als ze dit liedje constant herhalen, en stukken van het programma dan mislukken ondanks al je waarschuwingen, dan beginnen je oren wel es te stomen. Dit gebeurde met Noah dus!
Ondanks alle (genegeerde) advies en waarschuwingen, is onze monitoring serieus op een fiasco uitgelopen. Vincent was daarenboven ook mee en ik had tegenover hem altijd een positief beeld opgehangen over dit programma. Ik was ondertussen al half fier geworden op onze ‘ploeg’ in community based services. Toen we aankwamen bleek er echter niks coherents gecommuniceerd te zijn. Iedereen was op een andere manier geïnformeerd, niemand had de moeite gedaan om meer uitleg te komen vragen, er was geen coördinatie, Noah stak de fout constant op mij, Vincent werd dan nog es half kwaad, ik beschaamd, het vervolg van het programma werd meteen geschorst (onterecht volgens mij, meer een paniekreactie dan een doordachte beslissing), enz. het was me wat. De dag erna zouden we weer op monitoring gaan, dus probeerde ik te redden wat te redden viel en Noah aan te sporen om te zorgen dat alles in orde kwam voor de volgende dag, maar Noah weigerde iets te ondernemen omdat hij ‘niet genoeg tijd meer had’ om alles deftig in orde te brengen. ‘niet genoeg tijd’ betekent hier een dag. Toen begon de stoom pas echt uit mijn oren en zelfs mijn neusgaten te blazen en plots kwam het er allemaal uit. Ik heb hem gezegd dat ie niet achter dit programma stond, dat ie alleen geïnteresseerd is in geld en lunch, dat ik het administratief hoofd van het district ging schrijven om hem van dit programma te halen, dat ie het waagt mij overal de schuld van geven zelfs als ie mijn advies systematisch negeert, dat ik zelfs fier was op hen, maar die dag echt in schaamte was gevallen, dat Vincent nu waarschijnlijk denkt dat ik lieg over alles, enz. Ik verschoot van mezelf, en ben er nog de ganse avond over bezig geweest (nogmaals excuses Pieter). Mijn frustratie kon niet op. Ik heb alles die dag nog proberen te bespreken met het hoofd van zijn departement. Ik ben, geloof ik, twee uur bezig geweest, tot half zeven, om alles te expliceren.
De dag erna heb ik alles met Vincent besproken, die het helemaal verstond en me aanraadde mezelf te gaan ‘excuseren’. Ik heb dat dan ook maar half gedaan. Maar alles was zeker niet voor niets geweest. Bleek dat ie door dit voorval veel gemotiveerder is gaan werken en meer en meer doet voor het programma. Tot op vandaag is ie relatief goed bezig (echt goed werken hier in Bundibugyo district zou teveel opvallen, dat durven weinigen) en ik hoop dat het enigszins zo blijft. Een collectieve fingers crossed dus!
We zijn alledrie heel rustige mensen, die zich zo goed als nooit kwaad maken. We zijn ons goed bewust van de context en de omgeving waarin we werken en passen ons daar zoveel mogelijk aan aan. Maar frustreren doen we ons soms wel, en die frustraties zijn al vaak onderwerp geweest van onze tafelgesprekken. Die was en is nog altijd onze ‘zetel bij de psycholoog’. Maar die dag was het voor mij een beetje teveel geworden. Toen hadden ze me een beetje te ver gedreven, zelfs mij inderdaad. Achteraf bekeken was het waarschijnlijk es nodig, en we hebben er toch iets mee bereikt. Er is een realistischer kans dat het nog wel es zal gebeuren, bij mij of bij Nele, maar het is deel van de ervaring denk ik dan.
Ai caramba!
0 Comments:
Post a Comment
<< Home