Nog twee maand te gaan!
Ik heb er ondertussen een ‘ritueel’ of gewoonte van gemaakt om me op zaterdag en zondagmorgen na het vroege opstaan in Nele’s hangmat te gaan nestelen, met een Lao koffietje en een boterham met choco op het kleine tafeltje naast me, en voor een uur of twee rustig een boek te lezen (dit weekend zijn we aan ‘the witch of Portobello’ van Coelho begonnen). Daarna start ik meestal deze laptop op, zet ik wat muziek op (vandaag de nieuwe cd van Adele) en begin ik een mail te typen. ’s Middags werk ik dan een paar uurtjes, begin ik brood te bakken of zit ik voor me uit te staren omdat ik me verveel, en rond een uur of zeven begin ik te koken. Een film (vanavond waarschijnlijk Aliens 3) maakt de avond meestal af. Het is natuurlijk niet ieder weekend precies hetzelfde refrein; een onverwacht bezoek, een projectbezoek, of een rit naar Kampala zorgen af en toe voor het doorbreken van de routine.
Nu heb ik me echter voorgenomen om ipv een mail, eindelijk es wat op mijn blog te gaan zetten. Het is de laatste weken nooit echt van gekomen. Of het was te druk, of ik had geen inspiratie (er is immers al zoveel geschreven), of ik had er gewoon geen zin in. Maar even volharden, even bezinnen, en dan komt er hopelijk wel iets zinnigs en interessants uit deze vingers.
Zoals de titel van dit berichtje duidelijk maakt, het zijn mijn laatste twee maanden in Bundibugyo, en waarschijnlijk ook in Uganda. Het voelt voor mij nog altijd aan als ‘nog drie maanden te gaan’, omdat deze maand januari gewoon voorbij geraasd is, en ik stilaan besef dat het de komende twee maanden ook zo zal gaan.
Op het werk is het een cruciale periode. Ik moet mijn – om het met een dure woorden te zeggen – exit strategy uitvoeren, zorgen dat ik alle project management taken deftig en op tijd doorgeef, nog de nodige capacity building doen bij mijn counterparts, mijn ervaringen in Bundibugyo neerschrijven en aanbevelingen doen, en iedere minuut bedenken hoe ik de duurzaamheid en impact van de drie programma’s waarin ik werk nog meer kan optimaliseren. Baf! Serieuzen toebak, die heel wat van mijn tijd en energie in beslag neemt. Maar zoals al de voorbije twee jaar – ik val in herhaling – enorm interessant en een extra ervaring.
Buiten het werk is er niet zoveel meer dat ik moet of wil doen. Ik ga af en toe naar Kampala zodat ik mijn coach en zijn vrouw, die ondertussen heel goeie vrienden zijn geworden, nog geregeld kan zien. Ik ga met Els, de andere vrijwilliger in Kampala (jaja, the big city girl), eind februari nog een weekje naar het paradijselijke Zanzibar. Moest ik zeker ook nog es gedaan hebben nu ik er zo ‘dicht’ bij woon, het veel goedkoper is dan vanuit België, en ik sowieso nog verlof moest opnemen. Verder probeer ik nog zoveel mogelijk te genieten van dit kleine gezellige maar immens mooie stukje Uganda.
Maar de tijd gaat snel, en het einde van dit grote avontuur is bijna ten einde, stilletjes aan begint het door te dringen. Bundibugyanen van alle leeftijden doen zeker al hun best en komen mij al in hun typisch ‘ugandish’ - ‘you give me this, I want that’ - smeken om onze meubelen, onze gordijnen, ons keukengerief, zelfs om de twee katten (die er straks weer zes zullen worden, ongelooflijk), en de frequentie van hun vragen/eisen wordt opgedreven met de week.
Zoals Nele het in juli in alle vlugte schreef, en de laatste zes maanden van op de muur mijn motto is geworden: ‘geef er nog een laatste lap op!’
1 Comments:
Veel succes met de laatste loodjes!
The big city girl...
Post a Comment
<< Home