Een geplaagd district
‘Ebola strikes again’
‘Uganda confirms 16 Ebola-deaths’
‘16 doden na uitbraak ebola in Uganda’
‘Ebola experts arrive’
‘Ebola outbreak paralysis activities in Western Uganda’
‘Nieuwe ebola-variant ontdekt’
‘Hulpverleners in Oeganda op de vlucht voor ebola’
‘Mulago gets Ebola cases’
…
Ik denk dat Bundibugyo nog nooit zoveel in de krant heeft gestaan als dezer dagen, zowel internationaal als nationaal, zowel in de Ugandese kranten Daily Monitor als New Vision, zowel op BBC als CNN, in de Standaard en Het Laatste Nieuws. Het moet van het conflict met het ADF zes jaar geleden geweest zijn dat dit kleine vergeten district zoveel aandacht kreeg. In 1997 vielen de Allied Democratic Front-rebellen Bundibugyo vanuit Kongo binnen. Ze namen heel snel het district in en trokken verder over de bergen tot in Kasese, Fort Portal en Kibale. In 2001 werden ze succesvol uit het district verjaagd.
Sinds wij in december 2006 aangekomen zijn in het district, heeft Bundibugyo zijn portie problemen echt wel gehad. Een paar overstromingen, wegen en bruggen die wegspoelen, een nieuwe kortstondige inval van het ADF, een gigantische bankoverval (lees post Bonnie en Clyde in Bundibugyo) en nu de uitbraak van ebola, allemaal in één jaar, het kan tellen! Het zijn de plagen van Israël niet, maar het moet voor de lokale bevolking soms wel zo aanvoelen. Je denkt dat je alles al hebt gehad, en dan komt er weer zoveel bij. In deze context is het zeer begrijpelijk dat mensen niet plannen of denken op lange termijn, dat men leeft om te overleven. Mensen zullen uiteraard al pogingen hebben ondernomen om te sparen, om iets op te bouwen, om ergens in te investeren, maar als alles ineenstuikt, niet na één keer, maar na drie of vier keer en je terug op nul wordt gezet, zal de moed ook wel in de schoenen zinken en neemt de wanhoop het over van de hoop.
Bundibugyanen weten ondertussen beter dan wie ook hoe er mee om te gaan. Ze vinden troost bij elkaar of hun geloof en gaan gewoon verder met hun dag-tot-dag leven. Ze vinden de kleine beetjes geluk (of steun?) in de geboorte van een nieuw kind, in een geslaagde oogst, in een lekkere maaltijd met voor die ene keer toch es vis of vlees, in de muziek, in de rust…
Ik heb mijn persoonlijke portie miserie ook wel gehad, en ik kan er nog steeds allemaal niet mee om. Je denkt dat je veel hebt meegemaakt, en dan komt er weer eens iets bij, groot of klein. Als het evenwel teveel wordt, is het gewoon teveel. Mensen hebben rust nodig in hun leven, of het nu in België, Bundibugyo of Wagadougou is. Een mens kan zo sterk zijn als hij of zij wil, en een ‘gewoonte aan ongeluk’ creëren, maar de grens in wat iemand aan kan of niet, kan niet continue onder spanning gezet worden. De meest rationele mens heeft ergens wel gevoelens die onder druk kunnen staan, maar als het genoeg is, is het genoeg.
Ik hoop dat de Ebola-crisis snel voorbij is, en dat het mag stoppen voor dit district, zodat men de rust krijgt die ze verdient…
‘Uganda confirms 16 Ebola-deaths’
‘16 doden na uitbraak ebola in Uganda’
‘Ebola experts arrive’
‘Ebola outbreak paralysis activities in Western Uganda’
‘Nieuwe ebola-variant ontdekt’
‘Hulpverleners in Oeganda op de vlucht voor ebola’
‘Mulago gets Ebola cases’
…
Ik denk dat Bundibugyo nog nooit zoveel in de krant heeft gestaan als dezer dagen, zowel internationaal als nationaal, zowel in de Ugandese kranten Daily Monitor als New Vision, zowel op BBC als CNN, in de Standaard en Het Laatste Nieuws. Het moet van het conflict met het ADF zes jaar geleden geweest zijn dat dit kleine vergeten district zoveel aandacht kreeg. In 1997 vielen de Allied Democratic Front-rebellen Bundibugyo vanuit Kongo binnen. Ze namen heel snel het district in en trokken verder over de bergen tot in Kasese, Fort Portal en Kibale. In 2001 werden ze succesvol uit het district verjaagd.
Sinds wij in december 2006 aangekomen zijn in het district, heeft Bundibugyo zijn portie problemen echt wel gehad. Een paar overstromingen, wegen en bruggen die wegspoelen, een nieuwe kortstondige inval van het ADF, een gigantische bankoverval (lees post Bonnie en Clyde in Bundibugyo) en nu de uitbraak van ebola, allemaal in één jaar, het kan tellen! Het zijn de plagen van Israël niet, maar het moet voor de lokale bevolking soms wel zo aanvoelen. Je denkt dat je alles al hebt gehad, en dan komt er weer zoveel bij. In deze context is het zeer begrijpelijk dat mensen niet plannen of denken op lange termijn, dat men leeft om te overleven. Mensen zullen uiteraard al pogingen hebben ondernomen om te sparen, om iets op te bouwen, om ergens in te investeren, maar als alles ineenstuikt, niet na één keer, maar na drie of vier keer en je terug op nul wordt gezet, zal de moed ook wel in de schoenen zinken en neemt de wanhoop het over van de hoop.
Bundibugyanen weten ondertussen beter dan wie ook hoe er mee om te gaan. Ze vinden troost bij elkaar of hun geloof en gaan gewoon verder met hun dag-tot-dag leven. Ze vinden de kleine beetjes geluk (of steun?) in de geboorte van een nieuw kind, in een geslaagde oogst, in een lekkere maaltijd met voor die ene keer toch es vis of vlees, in de muziek, in de rust…
Ik heb mijn persoonlijke portie miserie ook wel gehad, en ik kan er nog steeds allemaal niet mee om. Je denkt dat je veel hebt meegemaakt, en dan komt er weer eens iets bij, groot of klein. Als het evenwel teveel wordt, is het gewoon teveel. Mensen hebben rust nodig in hun leven, of het nu in België, Bundibugyo of Wagadougou is. Een mens kan zo sterk zijn als hij of zij wil, en een ‘gewoonte aan ongeluk’ creëren, maar de grens in wat iemand aan kan of niet, kan niet continue onder spanning gezet worden. De meest rationele mens heeft ergens wel gevoelens die onder druk kunnen staan, maar als het genoeg is, is het genoeg.
Ik hoop dat de Ebola-crisis snel voorbij is, en dat het mag stoppen voor dit district, zodat men de rust krijgt die ze verdient…
0 Comments:
Post a Comment
<< Home